Les 7
Oefening 1

Oefening 2

Oefening 3

Oefening 4

Oefening 5

Oefening 6



Oefening 1 Vertaal naar het Nederlands: aanwijzend
Djerma Nederlands
Kalam wohendi ga ku no, amma wone ga dunguriyo. Het is het potlood daarachter die lang is, maar deze is kort.
Nda ni na fonda wohendi gana, ni ga koy ganjo ra. Wanneer je de weg daarachter volgt, zal je de wildernis ingaan.
Boro way cindi ahakodin kan go no ga kaa yongo, Yantala borey no. Deze achttien personen die ginds komen, het zijn mensen van Yantala.
Laabu koy fo na tira wo hantum iri se. Een landeigenaar schreef ons deze brief.
Irikoy sabuyan ga bori; wodin n' A ga ba han kulu. God danken is goed; dat wil Hij elke dag.
Bor'o faro ga kayna; a go no g'afo ceci kan ga beri. Deze man zijn veld is klein; hij zoekt een die groot is.
...; hij is een aan het zoeken die groot is.
Ay kayna na iri ce za a go yongo, isa me ga. Mijn jongere*1 riep ons, toen hij/zij ginder bij de riviermonding was.
Ni gonda kalam wala hay fo kan ga goy wo te, wala? Heb jij een pen of iets dat dit werk kan doen?

*1 Het kan hier gaan om een jongere zus of broer.

Terug



Oefening 2 Vertaal naar het Nederlands: onovergankelijke werkwoorden
Djerma Nederlands
Ay baba koy Niamey. Mijn vader ging naar Niamey.
A Kalamo ga bori. Zijn pen is goed.
Iri baba kani. Onze vader ging naar bed.
Onze vader is naar bed gegaan.
A jirbi cino ra. Hij sliep de nacht.
I ga koy ganjo ra wiciri. Zij zullen in de late namiddag het onbewoonde gebied ingaan.
Ay bere no. Het is mijn oudere*1.
Iri do, cawyan fu kayna go no. Bij ons (thuis) er is een klein huis waar religieuze diensten gehouden worden.
Bi fo a kaa iri do. Zij/Hij kwam gisteren bij ons (thuis).
Ay kayna koy isa. Mijn jongere*2 ging naar de rivier.
Nd' ay koy ay bere do koyne, ay ga zumbu a ga jirbi ahaku wala jirbi way. Wanneer ik weer naar mijn oudere*1 ga, dan logeer ik acht of tien dagen bij hem.

*1 Het kan hier gaan om een oudere zus of broer.
*2
Het kan hier gaan om een jongere zus of broer.

Terug



Oefening 3 Vertaal naar het Nederlands: overgankelijke werkwoorden
Djerma Nederlands
Iri arme di ni fuwo. Onze broer heeft je huis gezien.
A di haw fo mo. Hij zag ook een koe.
A n'a day; a kond'a fu. Hij kocht haar; hij bracht haar thuis.
A kaa iri do; a kande hay fo kan a du nga kwaara. Hij kwam naar ons (thuis); hij bracht iets dat hij in zijn dorp had aangeschaft.
Nyaŋo go ga goy fo te kan izo ga wan' a. Deze moeder is werk aan het doen, dat een kind kan.
Kayno ga kand' i se hari kan ga haŋ. De jongere*1 zal hen water brengen om te drinken.
Ni ga wani Zarma cawyan, wala? Ben jij het schrijven van Djerma machtig?
Kun je in het Djerma schrijven

*1 Het kan hier gaan om een jongere zus of broer.

Terug



Oefening 4 Vertaal naar het Djerma: betrekkelijk & aanwijzend
Nederlands Djerma
Mijn vader bracht dit boek. Ay baba kande tira wo.
Wij zullen morgenochtend naar dat huis gaan. Iri ga koy fuwodin suba susubey.
Deze man zag gisteren tien leeuwen. Albor'o di musu beri wey bi.
Deze persoon zijn hond doodde gisteren in de wildernis twee vogels Bor'o hanso na curo hinka wi ganjo ra bi.
("sajo" in plaatst "ganjo" is hier ook juist)
Die leeuw, die je gisteren zag, we hoorden zijn gebrul (stem). Musu berodin kan ni di a bi, iri maa r' a jinda.
We zagen deze persoon; hij kwam uit dit huis. Iri di bor'o; a kaa fuw'o ra.
De man die deze brief schreef is ginds. Albora kan na tira wo hantum, a go yongo.
Jij hebt deze boeken geteld, je verkocht er drie. Ni na tir'o kabu, ni na ihinza neera.
Deze huisdeur is open ( ... het is open). Fu mey'o a ga hay.
Toen zijn oudere broer gisteren uit de wildernis kwam, kocht hij de gierst die ginds is. Kan a bere kaa sajo ra bi, a kande hayno kan go yongo.
Zij hebben vijftien brieven geschreven, maar deze drie blijven hier, omdat het schrift te klein is. I na tira wey cindi gu hantum, amma woneyan hinza ga zumbe ne, wala hantumyaŋo ga kayna.
De godsdienstleraar die in ons dorp is, hij is een Karma (Karma persoon). Alfaga kan go iri kwaara do, a ya Karma boro no.

Terug



Oefening 5 Vertaal naar het Djerma: "zal gaan"
Nederlands Djerma
Mijn zus zal het huis ingaan. Ay wayme*1 ga koy fuwo ra.
De vader zal naar huis gaan. Baba ga koy fu.
Zijn oudere broer zal naar de stad gaan. A bere ga koy kwaara.
Hun moeder zal naar de markt gaan. I nya ga koy habu.
Jouw jongere zus zal naar Abdou ('s plaats) gaan. Ni / Araŋ kayna ga koy Adbou do.
Zestien kinderen zullen in de auto gaan. Zanka wey cindi iddu ga koy mota ra.

*1 "wayme" alleen indien de spreker een man is. Een vrouw moet en een man mag "bere" of "kayne" zeggen tegen een zus.

Terug



Oefening 6 Vertaal naar het Djerma: "jij en ik"
Nederlands Djerma
Jij krijgt mijn brief. Ni ga du ay tira (lettro).
Jij zag mijn pen. Ni di ay kalamo.
Jij hoorde mijn broer*1. Ni maa ay armo.
Jij wilt mijn drinkwater. Ni ga ba ay haŋyan haro.

*1 "armo" alleen indien de spreker een vrouw is. Een man moet en een vrouw mag "bere" of "kayne" zeggen tegen een broer.

Terug



Laatst herzien:  dinsdag 07 februari 2012